Home Hulsmann Imme Omega Other Classics Modern  
  Stamps Links Wanted & offered New on this site Contact    
 

My Spartas
Brand history
Sparta advertisements
Sparta brochures
Sparta gadgets

Sparta historie

Hier een kort overzicht van de firma Sparta, van de oprichting tot het eind van de motorproductie, eind 50-er jaren. Dit verhaal zal in de toekomst worden uitgebreid en voorzien van afbeeldingen, onder andere van de belangrijkste motor modellen.

Van alle Nederlandse motormerken is Sparta veruit de grootste. Sparta heeft motorfietsen gebouwd van 1931 tot en met 1960, in totaal 26641 stuks, waarvan 5052 voor export en dus maar liefst 21589 stuks voor de Nederlandse markt. Hoogtepunten met meer dan 1000 stuks per jaar waren de jaren 39 en 40, en 49 tot en met 56.
Het begin van Sparta was in 1917, toen de heren Verbeek, Schakel en Krijgsman in Apeldoorn een "grossierderij in fietsen en fietsonderdelen" oprichtten onder de naam Verbeek & Schakel. Kort daarna werden verschillende merknamen overgenomen, waaronder Sparta.

In 1931 kwam de eerste Sparta motorfiets uit: een zwaar uitgevoerde fiets met een 74cc Sachs inbouwmotortje. Net zoiets als mijn 1932 Hulsmann en mijn 1934 Simplex dus.

Na verschillende van deze fiets-achtige modellen met trappers, steeds voorzien van een 74 of 98cc Sachsmotor, kwamen in 1934 ook de eerste echte motoren zonder trappers uit. Er waren 2 98cc varianten, een ook voorzien van het 98cc Sachs blok maar nu in de variant met kickstarter, de ander van een 98cc Villiers Midget motor met losse 2-versnellingsbak. Daarnaast was er ook een 150cc Villiers. De varianten met trappers bleven echter tot 1937 in het leveringsprogramma.
In 1935 kwam er een model met 200cc Villiers motor bij, en in 1937 waren er modellen met 120cc JLO motor leverbaar. In 1939 werd er overgeschakeld naar motorfietsen met 125cc JLO en Villiers (9D, beter bekend als AAA of 3A) motoren, nog steeds onder de 60 kilo grens die een vrijstelling van "persooneele belasting" (een belasting op luxe goederen) opleverde.
Ook in de eerste oorlogsjaren 40-42 wist Sparta nog motorfietsen te bouwen, uiteraard niet meer met de Engelse Villiers blokken maar uitsluitend met Duitse JLO en Sachs motoren.

In 1945 werd de draad weer opgepakt met overgebleven Sachs blokken, maar vanaf 1947 werden weer 125cc Villiers 9D motoren gebruikt. Vreemd genoeg schuin voorover hangend in het frame, naar verluid omdat op die manier een restant uitlaten bedoeld voor de motoren met Sachs blokken gebruikt konden worden. De materiaalschaarste in die jaren noopte tot creativiteit!

In 48 en 49 werden zowel 125 JLO als Villiers (nog steeds 9D) blokken gebruikt, maar eind 1949 kwamen 2 compleet nieuwe motoren op de markt. Deze waren voorzien van een nieuw frame met telescoop voorvork en plunjer achtervering. Als motoren werden de nieuwere Villiers varianten gebruikt, de 10D met 125cc, en 6E met 200cc. Deze zijn met enkele tussentijdse modelwijzigingen gebouwd tot en met 1961. In 1955 werd het 125cc blok wel vervangen door het iets sterkere Villiers 150cc Mark 30C blok

In 1951 kwam daar een variant bij met een 250cc Victoria blok (hetzelfde als in de Victoria KR25). In de jaren daarna werd dit motorblok verder ontwikkeld (en werd hun eigen motorfiets uiteindelijk omgedoopt tot KR26), waarbij het vermogen groeide van 9 naar maar liefst 14 pk.

In 1955 kwam Sparta met wat later hun laatste generatie motorfietsen bleek te zijn, met een plaatframe en de toen modieuze 16 inch wielen. Dit model was verkrijgbaar met hetzelfde Victoria blok, maar voor de veeleisende motorrijder ook met een flitsende JLO 2–cilinder motor van (ook) 250cc.

 

Back

Top